Week 3: De G van het Surinaamse woordje "Gado"
![]() |
| Natuurkundeles met een tweede klas over de wet van Archimedes en de opwaartse kracht |
KLASSIKAAL EN FRONTAAL
Waar ik voornamelijk tegenaan loop in het Surinaamse onderwijs is dat niet alle leerlingen actief betrokken zijn in de lessen. Dat heeft meerdere oorzaken (onder andere het klimaat en het missen van de dagelijkse context), maar hier wordt er voornamelijk klassikaal en frontaal lesgegeven.
Omdat ik van juf Kali de opdracht kreeg om enkele opdrachten te bespreken met de leerlingen, besloot ik om dat op de "Nederlandse" manier te doen: de leerlingen zijn in groepjes aan de slag gegaan met de opdrachten, en vervolgens vroeg ik aan een willekeurige leerling om de uitwerking op het bord te schrijven. Een groot pluspunt van deze werkvorm is dat de sterkere leerlingen de wat zwakkere leerlingen kunnen helpen in het begrijpen van de lesstof en dat er sprake is van individuele aanspreekbaarheid, waardoor elke leerling zich wel gedwongen voelt om mee te doen.
Tot mijn grote verrassing hebben de leerlingen goed meegedaan en konden ze ook goed overweg met de werkvorm. De tafels werden namelijk direct tegen elkaar geschoven om met elkaar te kunnen overleggen. Er werd druk geschreven (het was eigenlijk een huiswerkopdracht, maar vooruit dan...) en hier en daar liepen leerlingen rond om elkaar de opdracht uit te leggen. Geslaagde werkvorm dus!
TEKENLES
Naast de twee natuurkundelessen met de tweede klas stond er een tekenles met de derde klas op het programma. In Suriname geven docenten namelijk vaak ook een vak waar zij officieel niet bevoegd voor zijn in verband met een lerarentekort.
Naast natuurkunde geeft juf Kali ook tekenen en aan mij de taak om dus tekenles te geven. Uiteindelijk hoefde ik niets anders te doen dan de tekenschriften te laten halen en de leerlingen aan het werk te zetten. Hier en daar maakte ik een praatje met de leerlingen over hun tekeningen, de herkomst van hun achternaam of over die gave schoenen, dus ik maakte dankbaar gebruik van het uurtje tekenen door een band met de leerlingen op te bouwen.
MANTRA
Omdat het maandag was stond ik al helemaal in de startblokken om het Surinaamse volkslied mee te zingen (zie deze post). Wat bleek: om de week zingen ze het volkslied in het Surinaams en in het Nederlands. Dat betekent dus dat ik nog harder moet oefenen.
Om het nog ingewikkelder te maken heb ik gevraagd naar de gebeden die de leerlingen doen tijdens het eerste lesuur, na de pauze en tijdens het laatste lesuur. Ik kreeg een boekje in mijn handen gedrukt met al deze mantras. Enig probleem: ik spreek geen Sanskrit (heilige schrijftaal van onder andere het hindoeïsme). Op een van de eerste pagina's wordt uitgelegd hoe je de lettergrepen moet uitspreken, maar ja, als je ook geen Surinaams kan spreken, dan wordt het wel lastig...



Wat staan die tafeltjes ver uit elkaar op de bovenste foto van dat klaslokaal. En laatst zag k ook een eerdere foto waar de leerlingen juist heel dicht op elkaar zaten, grappig. Fijn dat het goed ging met de klas!
BeantwoordenVerwijderenWow tekenen ze dan gewoon een uur lang?
Oef die gebeden uitspreken klinkt nog als een lastig karwei!
De lesuren duren hier maar 40 minuten, die vliegen zo om :')
Verwijderen